Onze klassen zijn zo ingericht dat de kinderen in vrijheid en gebondenheid komen tot ontdekkend en onderzoekend leren: de kinderen komen er zelf – door veel zelf te onderzoeken – achter hoe iets werkt. Bijvoorbeeld bij de cilinderblokken: de kinderen ontdekken door te proberen welke staven in welke openingen passen. Er is maar één manier waarop ze precies passen. Door te experimenteren leren de kinderen wat wel en niet werkt.
Hoe doen wij dit dan in vrijheid en gebondenheid? De kinderen hebben de vrijheid omdat ze zelf keuzes mogen maken in welk werk zij eerst doen. Ook mogen ze kiezen waar ze willen leren en werken, bijvoorbeeld op een kleedje, op de gang, aan een statafel of aan hun eigen tafel. Hierbij is het wel belangrijk dat het werk goed gaat. De gebondenheid bestaat onder andere uit de sturing door de leerkracht. Het kind mag zelf keuzes maken, maar de leerkracht kan hier wel sturing in geven door bijvoorbeeld te kiezen voor een lesje met het keerbord.
Bij het binnenlopen van de school is er ruimte en structuur: de jassen, tassen en schoenen hebben een vaste plek en we hebben geen rondslingerende spullen in de gangen. Ook hebben we een vaste start op school, de kinderen starten namelijk met het verzorgen van een eigen plantje en zetten deze daarna op de vensterbank.
Doordat we duidelijke kaders aangeven voor zelfstandigheid en verantwoordelijkheid heerst er rust in de klassen en in de gang.
We laten een ander in zijn of haar waarde zonder vooroordeel. We respecteren iedereen en iedereen mag hier zichzelf zijn. Zo voelt elk kind zich thuis op school.
Het respect begint al bij het schudden van de hand van de meester of juf. Ook vinden wij het belangrijk dat dat kinderen leren respect te hebben voor hun omgeving. Zo hebben de leerlingen bijvoorbeeld een plantje waar ze zelf voor moeten zorgen.
Door eigenaarschap van de kinderen te versterken, krijgen ze inzicht in en verantwoordelijk voor hun eigen ontwikkeling en leerproces. We versterken het eigenaarschap onder andere door de feedbackgesprekken die we voeren met de kinderen. Ook kunnen de kinderen zelf laten zien of ze een doel beheersen.
Door het maken van eigen keuzes, is het leren betekenisvol voor kinderen. Heel concreet kunnen de kinderen bijvoorbeeld kiezen hoe en waar ze hun werk doen, bijvoorbeeld in de klas, op een kleedje, samen of alleen. Ze zijn verantwoordelijk voor hun eigen doelen en ronden dat af met een bewijswerkje. Dat kan schriftelijk, maar dat kan ook in een feedbackgesprek met de leerkracht.
Met het vertrouwen van de groepsleerkracht wordt het kind zich bij ons op school steeds bewuster van het eigen leerproces. De leerkracht heeft hierin meer een coachende rol, de verantwoordelijkheid ligt meer bij de leerling zelf. Wanneer een kind meer of extra ondersteuning nodig heeft, dan is hier uiteraard altijd ruimte voor.